11 HetWaterschapNummer9September2015 WATERBESTUUR Hij spreekt van ‘het vormen van alli- anties en het opstellen van een geza- menlijk realisatieplan. Als wij een damwand willen hebben en de aan- nemer is goed met staal, dan maakt deze al vaak zelf het ontwerp. Een werk op deze manier functioneel uitvragen - lever ons een veilige dijk - geeft de aannemer het voordeel dat hij zijn kennis kan uitbreiden en eta- leren aan andere opdrachtgevers. Voordeel voor ons is dat het innova- tief en duurzaam werk oplevert, tegen vaak lagere kosten omdat bij- voorbeeld duur meerwerk wordt voorkomen’. Kennis in huis Controle verschuift van een voor- man die met een tekening op de bouw rondloopt naar het beoordelen van normering en procedures. Uiteindelijk moet het afgeleverde werk voldoen aan de verwachting. Schepers: “De essentiële producten blijven we fysiek controleren. Daarvoor moeten we wel de kennis in huis houden. We willen natuurlijk geen betonnen zwemvesten kopen.” Daarmee snijdt hij een punt van zorg aan. Want hoe borg je als opdrachtgever de kwaliteit van een werk als de markt eigen, steeds innovatiever oplossingen mag kie- zen? Ook Heinis van Bouwend Nederland benadrukt het belang van een gelijk- waardig kennisniveau. “We willen als markt graag zo vroeg mogelijk in het proces onze kennis inbrengen. Maar we moeten daarbij wel een goede sparringpartner hebben.” Gelukkig beschikken de waterschappen volgens hem over voldoende technische kennis om al te enthousi- aste voorstellen te herkennen. “Dat moet zeker zo blij- ven.” Beiden zien als groot voordeel van de nieuwe werk- wijze dat de discussie juist weer meer technisch van aard wordt. Schepers: “Tijdens de eerste gesprekken zitten vooral techneuten aan tafel. Zij praten over hoe het werk zo optimaal mogelijk kan worden uitge- voerd. De juridische stellingen worden pas later betrokken, als de juristen aanschuiven.” Gert van Wijland is freelance journalist. Leg de risico’s waar ze horen Directeur Edwin Lokkerbol van de Vereni- ging van Waterbouwers over de ervarin- gen met de waterschappen als professio- neel publieke opdrachtgevers: “De Vereniging van Waterbouwers is blij met de visie op publiek opdrachtgever- schap. Nieuwe contractvormen zorgen er voor dat opdrachtnemers vaker zichzelf kunnen onderscheiden op kwaliteit of innovatie. Door zelf een ontwerp in te leveren en ook hiervoor verantwoordelijk te zijn, haalt de aannemer het beste uit zichzelf en krijgt het waterschap de kwali- tatief beste oplossing. “De eerste ervaringen leren ons dat de uit- rol van de visie over 23 waterschappen sneller zou kunnen en moeten en dat de samenwerking nog geoptimaliseerd kan worden. De stapeling van nieuwe con- tractvormen, de risico’s in werken en de gevolgen hiervan voor de bedrijfsvoering van de opdrachtnemer, gevoegd bij de toenemende complexiteit door de deelna- me van veel stakeholders en de niet altijd volledige informatie in aanbesteden, moeten leiden tot een grondige evaluatie. Verder constateren we te vaak dat de klus vooral op prijs wordt gegund Nu komen aannemers pas aan tafel zitten bij de start van een tenderprocedure. Wat jammer is. De pragmatische kennis, die aanwezig is in de keten, wordt veel beter benut als we elkaar vaker en eerder opzoe- ken. De kennisborging bij de waterschap- pen is daarbij van groot belang. Aanbeste- ding en uitvoering van een werk verloopt prettig, omdat het waterschap met erva- ren eigen mensen werkt die zorgen voor continuïteit in de afspraken. Veelvuldig werken met zzp-ers is niet goed voor het leerproces over de manier waarop opdrachtgevers en opdrachtnemers samen werken. “We constateren te vaak dat de klus op prijs wordt gegund” “Wat we als Vereniging van Waterbouwers leren van de nieuwe marktvisie is dat we vooral uit moeten gaan van een gezamen- lijk belang. Het gesprek aangaan over elkaars plannen èn zorgen is vele malen effectiever dan een conflicterende situatie creëren. Niet voor niets is houding en gedrag een belangrijk onderdeel van Visie op Publiek Opdrachtgeverschap.”