32 HetWaterschapNummer10Oktober2015 WATERNIEUWS Dijken en dammen kunnen een belangrijke bijdrage leve- ren aan duurzame energie. Beheerders en andere overhe- den moeten dan wel met private partijen afspraken maken voor zulke multifunctionele energiedijken. Dit adviseert het onderzoek ‘De governance van energiedijken – Stapstenen en ontwikkelpaden voor de integratie van waterkeringen en duurzame energieproductie’ van bestuurskundigen van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Bij energiedijken gaat de waterveiligheid samen met de opwek- king van duurzame energie, bijvoorbeeld met windmolens, zon- nepanelen of turbines in de waterstroom. Maar omdat dijken en dammen beschermen tegen overstromingen en de zoetwatervoor- ziening moeten garanderen, wordt het opwekken van energie daarbij niet zomaar toegestaan. De bestuurskundigen onderzoch- ten bestaande initiatieven rondom onder andere de Oosterscheldekering en de Afsluitdijk. Hoe kunnen overheid en markt samen deze innovatieve waterwerken mogelijk maken? Welke werkwijze en organisatievormen kunnen daarbij helpen? Meer doen met een dijk Projectleider dr. Arwin van Buuren: “De realisatie van een energie- dijk hangt sterk af van de randvoorwaarden waarbinnen de water- beheerder, zoals Rijkswaterstaat, moet opereren. Moet hij zich tot zijn kerntaak (veiligheid) beperken of wordt hij uitgedaagd om andere functies op het waterwerk toe te staan? Houdt hij daarbij vast aan standaardroutines of gaat hij actief op zoek mogelijkhe- den om meer te doen met de dijk?“ Regionale en nationale overheden moeten hun belangen verbinden en hun krachten bundelen om een energiedijk mogelijk te maken. Dan kunnen private partijen ideeën voor een energiedijk uitwer- ken. Zij moeten publieke randvoorwaarden over het gebruik, zoals het garanderen van ecologische waarden en de veiligheid, meene- men in hun ‘aanbiedingen’ aan de overheid. Van Buuren: “Deze publieke randvoorwaarden en het feit dat veel technologieën nog in de kinderschoenen staan, vraagt om creativiteit bij het vormge- ven van de maatschappelijke business case: welke maatschappelij- ke belangen worden behartigd door de beoogde energiedijk en wel- ke publieke en private financiers zijn in dat licht mogelijk?”. In het rapport zijn zes governance modellen ontwikkeld, zes mogelijke manieren waarop een publiek-private energiedijk geor- ganiseerd kan worden, en drie ‘road maps’, praktische aanvlieg- routes voor initiatiefnemers van een energiedijk. De uitkomsten van het onderzoek zijn overhandigd aan Pavel Misiga, hoofd Water van DG Environment van de Europese Commissie. Energiedijken Betrouwbare cijfers over verdamping ontbreken meestal omdat dit moeilijk te meten is. Inmiddels is nieuwe meetapparatuur ontwikkeld die dit wel mogelijk maakt. De eerste versie van deze apparatuur is geplaatst op een meetstation in nationaal park De Hoge Veluwe. De met de apparatuur ingewonnen verdampingscijfers zijn van groot belang voor het waterbeheer. Als stelregel geldt dat overal op aarde meer dan de helft van het regenwater verdampt. Dit geldt ook voor de Veluwe. Doordat het merendeel van de neerslag verdampt, blijft er maar een kleine restpost over die doorsijpelt naar het grondwater: de grondwateraanvulling. Betrouwbare verdampingscijfers zijn dan ook van essentieel belang voor het waterbeheer, met de beschikbaarheid van voldoende water zijn grote belangen gemoeid. Een gebrek aan water in de landbouw leidt tot een daling van de gewasproductie en tot schade aan waardevolle natte natuur. Verdamping beïnvloeden In de afgelopen jaren is in Nederland veel onderzoek gedaan naar de verdamping en zijn er grote vorderingen gemaakt om de verdamping te meten in het veld en te modelleren met hydrologische modellen. “Toch hebben we nog een lange weg te gaan”, stelt directeur Wim van Vierssen van KWR Watercycle Research Institute. “We willen een ruimtelijk beeld krijgen van de verdamping om vervolgens gericht te kunnen sturen via maatregelen in het landschap”. Op de Veluwe zou bijvoorbeeld het omzetten van naaldbos in stuifzand een vervijfvoudiging van de grondwateraanvulling kunnen betekenen. Een noodza- kelijkerwijs grove schatting (betrouwbare cijfers ontbreken immers) leert dat deze maatregel jaarlijks maar liefst 4 miljoen liter water per hectare oplevert. Dat is evenveel als 80 personen jaarlijks uit hun kraan halen. Met de komst van deze nieuwe apparatuur kan ieder element van de watercyclus gemeten worden. Neerslag, bodemvocht, oppervlakte- en grondwater was al mogelijk. Daar is nu de wer- kelijke verdamping aan toegevoegd. De eerste resultaten van het nieuwe meetstation op de Veluwe worden eind 2015 verwacht. Nieuwe apparatuur meet verdamping